Een tiny house op wielen heeft vanwege de aanhanger een beperkte levensduur. Met de beperkte levensduur komt ook de kwestie van de duurzaamheid opnieuw aan de orde. “Klein is duurzaam” is de belofte. Een klein huis laat een kleinere ecologische voetafdruk achter dan een groot huis. Op het eerste gezicht is dit waar. Maar het intensieve ontwerp van een tiny house die tot uiting komt in de prijs en de lagere levensverwachting maken het ecologische argument duidelijk ongeldig. 

Vaak worden tiny houses met wielen opgezet op plaatsen waar geen permanent gebouw mag worden neergezet. Dit is meestal geen probleem voor tijdelijk gebruik, maar wel voor permanent wonen. In de Verenigde Staten financieren gemeenten zichzelf door middel van een woning belasting – ze zijn niet erg enthousiast over het omzeilen van deze belastingen door middel van een tiny house. Op veel plaatsen zijn nu overeenkomstige beperkende voorschriften van kracht.

Dus is de tiny house beweging gewoon een hype? Nee, want deze bezwaren gelden alleen als de eigenaren echt in hun tiny house in de klassieke zin wonen. Dit is niet het geval voor andere toepassingen. 

Voordelen van tiny houses

Een voordeel van een tiny house op wielen is zijn flexibiliteit en mobiliteit. Dit betekent dat er geen vloeren hoeven te worden afgedicht voor tiny houses. Als alternatief kunnen de stationaire woningen eenvoudig op de platte daken van verschillende woningen worden geplaatst, zodat de beschikbare ruimte optimaal kan worden benut. 

Een tiny house kan in dit opzicht dan ook omschreven worden als ecologisch verantwoord en ook duurzaam. Bovendien kunnen bouwpercelen in steden die vanwege hun geringe omvang niet kunnen worden gebruikt, op deze manier worden omgevormd tot woonruimte. De bredere verspreiding van tiny houses zou het woningtekort in sommige grote steden effectief kunnen bestrijden.